Jobcrafting is een manier om opnieuw betekenis te vinden of betekenis te geven aan een bestaande baan. Je gaat hiervoor proactief aan de slag en zoekt de ruimte in je baan of kijkt hoe je begrenzingen kunt veranderen.
In plaats van een afwachtende neem je een initiërende houding aan. Zet jij elke dag je talent in op je werk? Lukt het je om je drijfveren te vertalen naar de dagelijkse werkpraktijk? En ervaar je veel of juist weinig energie bij de dingen die je doet op je werk? De antwoorden op deze vragen kunnen aanleiding zijn om bepaalde aspecten in je werk te veranderen.
Wat je functie ook is, jobcraften kan altijd. Jobcrafting is het op eigen initiatief doen van aanpassingen in je werk, waardoor het beter aansluit bij wie je bent, wat je wilt, wat je kunt en wat je drijft. Het boek ‘Aan de slag met job craften’ van Mara Spruyt en Maria Dekker kan je helpen om werk, talenten, energie en drijfveren beter op elkaar te laten aansluiten.
Zelf aan de slag
Maak een lijst van alle tien activiteiten die tot je huidige baan behoren. Nummer ze en geef elke activiteit twee rapportcijfers van 1 tot 10: de eerste van ‘helemaal niet belangrijk voor mijn baan’ tot ‘heel belangrijk voor mijn baan’, de tweede van ‘vind ik helemaal niet leuk om te doen’ tot ‘vind ik heel leuk om te doen’. Nu maak je een x- en een y-as (van 1 tot 10) en zet de nummers van de activiteiten in het schema.
Meer van doen
Van de activiteiten die je in het vak rechtsboven hebt gescoord, kun je genieten. Je vindt ze leuk en ze zijn heel belangrijk. Kijk eens of je er daar meer van kunt vinden. Als dat niet in je huidige functie past zou je te rade kunnen gaan bij andere afdelingen binnen je organisatie. Of zijn er vergelijkbare activiteiten die je nu nog niet doet, maar wel zou kunnen doen? Kun je misschien intern mensen opleiden of mensen coachen op deze activiteiten?
Ga op onderzoek uit
De activiteiten in dit blok zijn niet belangrijk, maar ze scoren omdat je ze leuk vindt. Ga met deze activiteiten op onderzoek uit binnen je organisatie. Check als eerste in je werkomgeving of anderen ook vinden dat ze niet belangrijk zijn. Zijn er collega’s voor wie deze zaken wel belangrijk zijn? Je zou kunnen ruilen. Is het misschien mogelijk om een andere portefeuille van activiteiten samen te stellen?
Boetseren
Linksboven staan zaken die wel belangrijk zijn voor je baan, maar die je niet leuk vindt. Hier kun je strategisch mee aan de slag. Je hebt een aantal mogelijkheden. Je kunt kijken of je dit kunt overdragen aan een collega die het wel leuk vindt. Je kunt ook eens kijken of je deze activiteiten kunt herinterpreteren. Door er anders naar te gaan kijken, plaats je ze in een ander perspectief, waardoor ze een andere lading krijgen. Kijk eens naar je drijfveren en onderzoek hoe je deze activiteiten anders kunt bekijken. Je zou ook kunnen experimenteren door de activiteiten op een andere manier of in een andere omgeving te doen. Of misschien vind je inspiratie in het boek Fish! Hierin staat het verhaal van Mary-Jane die op een vismarkt beseft dat er verschillende manieren zijn om werk leuk te maken. Ze ontdekt dat je zelf je houding kunt kiezen en dat je werk leuk kunt maken als je het spelenderwijs aanpakt, als je je voorneemt het de mensen met wie je werkt naar de zin te maken en als je met je hele aandacht aanwezig bent in de activiteiten die je doet.
Direct stoppen
Linksonder staan de zaken waarmee je direct kunt stoppen: ze zijn niet belangrijk én je vindt ze niet leuk. Maak het bespreekbaar met je leidinggevende om alternatieven te zoeken. Aangezien iedereen andere voorkeuren heeft kan het zomaar zijn dat jouw ‘direct stoppen’-taken een cadeautje zijn voor iemand anders. Of je gaat een experiment met jezelf aan: gewoon niet meer doen en eens kijken wat er gebeurt.